Hoe de financiële producten verdeeld dienen te worden hangt af van het gegeven of en zo ja welke huwelijks- of partnerschapsvoorwaarden er zijn gemaakt. Bij samenleving is dat doorgaans in de samenlevingsovereenkomst geregeld. Aan de verdeling van financiële producten kunnen fiscale gevolgen verbonden zijn. Daarmee moet bij de aangifte in het jaar van de scheiding rekening gehouden worden. Zijn er lijfrentes of andere toekomstvoorzieningen zoals bij voorbeeld een goudenhanddruk, of levensloopregeling dan dient er zeker met de fiscale gevolgen rekening gehouden te worden.
In het geval dat een van jullie ondernemer (eenmanszaak, VOF, maatschap, of ZZP) of directeur grootaandeelhouder (DGA) is, dient er sowieso fiscaal gezien met eventuele oudedagsvoorzieningen rekening gehouden te worden. De ondernemer heeft vaak zelf geen weet van het bestaan van dergelijke voorzieningen. Dat geldt al helemaal voor de partner van de ondernemer.